Anders denken als gewoonte

Gefascineerd door het thema transities bezoek ik een Rotterdams seminar van DRIFT. Over 10 jaar transitiemanagement in Nederland. Als altijd met een zucht naar inspiratie en met trage vragen op zak. Vragen die Ruud en mij bezighouden en ons helpen ontdekken welke rol wij willen en kunnen spelen op dit gebied. 

Ik kijk mijn ogen uit naar de kleurrijke deelnemers. Wetenschappers in de hogere transitiekunde, ambtenaren met een groen hart, ruimdenkende ondernemers en. Wij hebben iets gemeen op dit seminar; het geloof dat het zinvol is om te ‘kantelen’ in ons denken en in ons doen en zo bij te dragen aan de transitie waar Nederland doorheen gaat. Jan Rotmans, hoogleraar transitie & duurzaamheid, noemt ons daar met een brede glimlach ‘De gelovigen van de Kantelkerk’.

Directeur Bas Gehlen is aanwezig zonder het er dik bovenop te leggen. Een rustige, oplettende veertiger. Vriendelijk, luisterend, geïnteresseerd. Hoe krachtig is dat! Hij vertelt aanstekelijk over productiebedrijf WEPA, waar hij directeur is. Hoe in deze organisatie anders denken een gewoonte is geworden. Ik begrijp, dankzij zijn rake voorbeelden, al snel dat dit bedrijf sinds de jaren zestig briljante oplossingen vindt, om duurzaam toiletartikelen te produceren. Ze winnen de ene internationale milieuprijs na de andere. Zo is het hen als enige organisatie op deze planeet (!) gelukt om WC papier volledig CO2 neutraal te produceren. Niks footprint. Cradle to cradle zijn ze, met vlag en wimpel!

‘Hoe komt het dat het jullie wél lukt?’, vraag ik Bas.

Het komt van binnenuit

Bij WEPA hebben ze de passie voor het verduurzamen gemeen. Het is geen vraag meer óf zij het doen. De vraag die bij dit bedrijf – elke dag opnieuw – centraal staat is hóe zij het voor elkaar kunnen krijgen. Het is een bewuste, strategische keuze. Zij geloven dat deze cradle2cradle-benadering aan alle kanten waarde oplevert. People, planet én profit. Dat geloof zetten zij om in resultaten en in actie. Zij richten hun energie consequent op de vraag hoe het wel kan en steken partners in hun hele keten aan. Of deze partners er nu op zitten te wachten of niet…

Wit zwart denken

Een sprekend voorbeeld: ‘Beste leverancier, wij produceren voortaan niet alleen het WC papier, maar ook de handdoekenkastjes CO2 neutraal. Wilt u ons laten weten hoe we dat voor elkaar gaan krijgen?’ De leverancier reageert verbaasd en vol weerstand. Dat kan helemaal niet. Dat is onmogelijk. Bas vraagt door. Uiteindelijk vinden ze – met elkaar – het antwoord: geen witte, maar zwarte kastjes die geheel van gerecycled plastic gemaakt worden. De leverancier ziet uiteindelijk ook de win-winsituatie en daagt met het volgende idee WEPA uit: ‘Het is ons gelukt om jullie kastjes volledig te produceren van gerecycled plastic. Vanaf nu willen wij jullie plastic afvalstoffen gebruiken als grondstof voor de kastjes.’ Het bespaart hem een flinke duit aan productiekosten.

Oplossingen vind je om de hoek

Voor de productie van hygiënische tissues is een berg ‘oud papier’ en water nodig. Tegenwoordig is – tot mijn grote verbazing – in Nederland nauwelijks aan oud papier te komen. Het wordt geëxporteerd naar China. En ik maar trouw oud papier inzamelen voor de voetbalclub… Om het papier vanuit China weer terug te brengen naar Nederland is een absurde, zeer milieubelastende oplossing. Dus buigt een creatief team bij WEPA zich over het probleem. Waar is papier een afvalproduct? Ze komen bij de bierbrouwerij ‘om de hoek’ uit. Voordat de brouwer de statiegeldflesjes opnieuw vult, worden ze gereinigd en de etiketten afgeweekt. Deze papierpulp, tot dit moment slechts een afvalproduct, is nu een basis ingrediënt dat rechtstreeks bij WEPA wordt aangeleverd.

 

De vraag stellen is het antwoord vinden

Voor hun productieproces is lijm nodig. Niet bepaald een milieuvriendelijke grondstof, dus wil WEPA lijm zonder footprint. Ze richtten zich tot de lijmfabriek. Geen kleine jongen. ‘Wij willen lijm van jullie blijven afnemen, mits deze CO2 neutraal is.’ ‘Dat kan helemaal niet’; aldus de lijmfabriek. Ze stuurden hun experts op pad om milieuvriendelijke lijm te vinden en concludeerden dat het niet bestond. ‘Dan zoeken we verder’, was het antwoord van Bas. De lijmfabrikant reageerde verbaasd en verontwaardigd: ‘Hoezo? Waar dan? Jullie willen iets dat niet bestaat. Iets dat onmogelijk is. Kom maar naar onze fabriek. Mijn experts laten jullie zien waarom het niet kan.’ Geamuseerd en nieuwsgierig toog Bas met een team van chemici en techneuten naar Duitsland. Gewapend met dezelfde vraag: ‘ Hoe kan het wel?’ Daar verschoot een professor van kleur. Hij had iets over het hoofd gezien in zijn zoektocht naar lijm voor papiertoepassingen. ‘Eh… ons fabriekje in Zwitserland produceert lijm voor sigaretten… die lijm mag geen gifstoffen bevatten… (best bijzonder als je bedenkt wat er allemaal wel in een sigaret mag zitten).  Als we die lijm nu eens…’ De oplossing was daar. Sigarettenlijm voor toiletpapier.

Houdt het leuk voor jezelf

Bes geeft me een heerlijk nuchtere, relativerende tip, als ik hem peinzend vraag wat wij met Binnenstebuiten kunnen doen om duurzamer te ondernemen: ‘Stop je energie daar waar je resultaten kunt verwachten. Als een weg te moeizaam is, kies dan een andere. Zorg voor je eigen lol, je eigen werkplezier. Maak het niet te groot. Ga geen energie verspillen. Stop je tijd en aandacht in projecten waar je invloed op kunt uitoefenen. Groot denken – klein doen!’

Het hele bedrijf doet mee

De techneuten, het innovatieteam, de productiemedewerkers, ze hebben er lol in gekregen om oplossingen te verzinnen en obstakels uit de weg te ruimen. Bas nodigt me uit om het met mijn eigen ogen te gaan zien. ‘Heb je daar wel tijd voor? Word jij niet om de haverklap lastig gevallen door nieuwsgierige mensen die de kunst komen afkijken?’ vraag ik hem. ‘Ik hoef het toch niet alleen te doen’, is zijn droge antwoord. ‘In onze organisatie geeft iedereen rondleidingen. Het verhaal is bekend bij elke medewerker. Wij denken daarbij altijd in win-winsituaties.’ Ik kijk hem vragend aan. ‘Hoe kan de rondleiding die wij jou geven ervoor zorgen dat jij en wij daar voordeel aan gaan beleven?’; antwoordt Bas.

Ik denk meteen aan een klant van mij – een productiebedrijf in drankbereiding – dat bevlogen bezig is hun kwaliteitsproces te verbeteren. Wat zouden zij geïnspireerd raken van een bezoek aan WEPA. Hoe mooi zou het zijn als hun afgeweekte etiketten – die nu richting afvalberg gaan – daar aangeleverd worden ter productie van het WC papier. Stel dat in ruil daarvoor WEPA voor dit hele productiebedrijf en hun ketenpartners de toiletten voorziet van milieuvriendelijk toiletpapier. Stel dat de technici meedenken hoe het productieproces van deze klant minder milieubelastend ingericht kan worden…  Ik krijg zin om deze bedrijven met elkaar te verbinden. Een big smile verschijnt op mijn gezicht. Wat is het leuk om zo te denken. Zeker nu ik het ook nog ga doen!

Miranda Valk, september 2019